Interview: Een kwestie van vertrouwen
Interviews > Een kwestie van vertrouwen
Van harte gefeliciteerd met jullie hoofdrollen!
Jeangu Macrooy: ‘Dank je wel, het is echt een enorme eer. Voor mij was het een geval van op het juiste moment op de juiste plaats zijn. Ik was op de première van een film van een vriend van mij, maar ik was heel moe dus ik ging vroeg weg. Toen ik twee stappen uit de bioscoop had gezet, keek ik naast me en daar stond regisseur Ivo van Hove. Ik kende hem wel: ik heb veel stukken van ITA (Internationaal Theater Amsterdam) gezien en ben een groot bewonderaar, we hebben elkaar wel eens gesproken. Hij vroeg me meteen: ‘Ik ben bezig met een nieuwe versie van Jesus Christ Superstar, zou jij niet Jezus willen spelen? De audities zijn over twee weken.’ De vraag overviel me natuurlijk, maar daarna dacht ik meteen: ja, geweldig.’
Hoe ging dat bij jou, Magtel?
Magtel de Laat: ‘Ik heb auditie gedaan voor het ensemble. (De groep spelers die meedansen en -zingen en vaak een kleinere rol spelen, red.) ‘Het kan zijn dat we nog een paar meiden terugvragen voor de Maria songs’, kregen we te horen, maar daar rekende ik totaal niet op. Toen ik toch gevraagd werd, moest ik echt even schakelen. En toen ik later gebeld werd dat ik het geworden was, was mijn eerste antwoord: ‘Wat, als Maria Magdalena?’ Ik was helemaal overrompeld.’
Dit is je eerste grote rol, toch?
Magtel: ‘Ja, het is echt bizar. Ik kan gewoon niet wachten om hieraan te mogen beginnen en zoveel van Ivo te gaan leren.’
Jeangu: ‘Nadat we door de Nederlandse auditierondes heen waren gekomen, moest ook Andrew Lloyd Webber, de Engelse schrijver en regisseur van de originele Jesus Christ Superstar musical uit 1971, onze rol nog goedkeuren. Hij bekeek álle auditietapes.’ Lachend: ‘Toen we eindelijk zijn toestemming kregen, belde ik meteen mijn vriend op die in Berlijn was en riep: ‘Ik ben Jezus!’’
Je zou het bijna een wonder noemen, voor jullie allebei.
Jeangu: ‘Het voelt als een heel nieuw avontuur. Ook al ben ik popzanger, ik heb musicals altijd tof gevonden en dacht vaak: ik zou het graag een keer willen proberen. Als klein jongetje in Suriname heb ik de film voor het eerst met mijn moeder gezien, die was groot fan. We gingen vaak samen naar jeugdtheater, mijn tante is actrice; ik ben met theater opgevoed. Stem, techniek, emoties; in deze rol kan ik alles kwijt wat ik in me heb.’
Magtel, als klein meisje zong jij al een nummer uit Jesus Christ Superstar, toch?
Magtel: ‘Everything’s alright. Ik was een jaar of 11, we zongen het met Pasen in de kerk met mijn zanggroepje. Het was de allereerste musicalsong waarmee ik heb opgetreden. Ik wist altijd al dat musical mijn roeping was, maar dat dit zoveel jaar later mijn eerste rol zou zijn, had ik toen nóóit durven dromen. Dus toen ik gebeld werd, dacht ik: sommige dingen gebeuren echt met een reden.’
Na het succesvolle Lazarus (gebaseerd op het leven van David Bowie) is Jesus Christ Superstar opnieuw een coproductie van gerenommeerd producent Albert Verlinde en internationaal gelauwerd toneelregisseur Ivo van Hove. ‘De samenwerking tussen de ‘gesubsidieerde’ Van Hove en de commerciële Verlinde zou je opmerkelijk kunnen noemen’, schreef De Volkskrant. Maar dat zien Van Hove en Verlinde zelf anders. ‘Die scheidslijn is echt niet meer van deze tijd', zei Van Hove in hetzelfde interview. ‘Albert vraagt mij juist omdat hij weet dat hij dan niet de regular stuff krijgt.’
Wat vinden jullie het mooist aan jullie rol?
Magtel: ‘Maria Magdalena is erg zorgzaam, ze bekommert zich over Jezus als een vriendin. Haar liefde gaat zelfs zo ver dat ze zichzelf ervoor aan de kant zet, dat vind ik mooi. Tegelijkertijd zou ik het tof vinden als Maria in onze versie van het stuk misschien iets minder ondergeschikt zou worden, een klein beetje moderner en onafhankelijker zoals vrouwen tegenwoordig ook zijn.’
Jeangu: ‘Wat ik zelf prachtig vind, zijn de momenten waarop Jezus iets menselijks heeft. Bijvoorbeeld in het grote nummer Gethsemane, dat speelt in de nacht voor zijn kruisiging. Hij is bang, zingt hij daarin. Hij snapt het grote plan niet en vraagt aan God, zijn vader: is mijn opoffering nodig? Moet ik echt sterven? Maar aan het einde mondt zijn lied uit in volledige overgave aan zijn lot. Zo mooi.’
Magtel: ‘Een rollercoaster van emoties, allemaal in één song.’
Jeangu: ‘Gethsemane gaat voor mij ook over geloven. Of je nou religieus bent of niet: geloof ontstijgt je ratio. Het is een kwestie van vertrouwen dat iets simpelweg zo moet zijn. Dat vind ik heel mooi en menselijk. Geloof is onderdeel van wat ons mens maakt. We hebben iets groters nodig om onze hoop uit te halen.’
Magtel: ‘Tegelijk gaat het over geloven in jezelf. Jezus is bang voor wat er gaat komen, hij weet niet of hij kan sterven aan het kruis. Maar na dat nummer haalt hij de kracht niet meer alleen uit God, maar ook uit zichzelf.’
Zijn jullie zelf gelovig opgevoed?
Magtel: ‘Ik heb mijn communie en mijn vormsel gedaan, maar het is niet zo dat we elke zondag naar de kerk moesten. Ik zat als kind vooral in het kerkkoor omdat ik daar kon zingen.’
Jeangu: ‘Mijn ouders hebben mijn broer Xillan, mijn zusje Eve en mij gelovig opgevoed om ons iets mee te geven, maar niet op een strenge manier. Uiteindelijk heb ik besloten dat ik me niet meer met de kerk wilde verbinden, ook vanwege homofobie, maar ik ben wel altijd spiritueel gebleven. Ik zou geen atheïst kunnen zijn, ik kan niet leven met het idee dat er niets groters is. Wat is het punt, dan?’
Jeangu, jij bent al bijna tien jaar een succesvol singer-songwriter, je hebt je eigen albums gemaakt, prijzen gewonnen, overal opgetreden. Heb je advies voor Magtel over de wereld van showbizz?
Jeangu: ‘Wat ik zelf heb ervaren, is dat het lastig kan zijn om ‘nee’ te zeggen. Bij sommige dingen weet je meteen: dit is een dikke vette ja. Bij andere dingen voel je heel duidelijk: nee. Maar alles wat er tussenin zit… Hoe besluit je dan wat je wil? Ik denk dat je in zo’n geval moet durven vertrouwen op je gut feeling. Hoe lastig dat soms ook is in dit vak: luister naar jezelf.’
Magtel: ‘Dat is goed advies voor het hele leven.’
Wanneer zat jij echt vast, Magtel?
Magtel: ‘Ik heb vorig jaar zó lang getwijfeld of ik mee zou doen aan het tv-programma ‘Op zoek naar Danny & Sandy’. Auditeren is op zich al spannend, en dan ook nog eens op televisie, met camera’s erbij? Moest ik dat doen? Dit zou mijn debuut worden, het Nederlandse publiek kende mij nog helemaal niet, wat als ik zou bezwijken onder de druk? Het voelde als erop of eronder. Ik kwam er niet uit. Tot ik op een gegeven moment dacht: ik ga gewoon die voorrondes doen, en dan kijken wat mijn gevoel zegt. Toen bleek dat ik het hartstikke leuk vond, en dus ben ik doorgegaan. Ik kwam erachter dat die spanning mij juist een lekkere extra drive geeft.’
Luister naar je gevoel, dus.
Magtel: ‘Ja. Aan een tv-programma werken een heleboel mensen mee die allemaal keihard hun best doen, maar uiteindelijk ben ík de enige die kan bedenken: wil ik dit? Na een paar afleveringen moest ik een nummer zingen waarvan ik dacht: dit voelt helemáál niet goed, het past niet bij mij. Toen heb ik daar meteen wat van gezegd. Ja, eng. Maar daardoor hebben we er samen een nummer van kunnen maken dat meer bij mij past, ook qua instrumentatie. Had ik mijn gevoel niet aangegeven, dan was dat niet gebeurd en was mijn ervaring heel anders geweest.’
En misschien had je dan ook de finale niet gehaald.
Magtel: ‘Klopt. Het hoeft echt niet op een vervelende manier te gebeuren, maar als je iets voelt, moet je dat niet negeren.’
Waarover twijfel jij in je leven, Jeangu?
Jeangu: ‘Je eigen muziek schrijven is een constante cyclus van creëren, blij zijn met het resultaat, het uitbrengen en dan toch twijfelen: gaan mensen dit leuk vinden? Is het wel goed genoeg? Ik probeer mezelf inmiddels voor te houden: je hebt gemaakt wat je wilde maken en tijdens dat proces heb je plezier gehad. Dus hou nu gewoon vast aan dat gevoel en vertrouw erop, wat de uitkomst ook mag zijn. Ik twijfel best vaak over dingen, hoor. Maar ik heb ook geleerd dat het af en toe goed is om een sprong in het diepe te wagen. Te denken: je leeft maar één keer, doe het gewoon. Want wat is het ergste wat kan gebeuren? Of het valt mee, óf het is een minder fijne ervaring waarvan je weer leert.’
In het allerergste geval word je gekruisigd.
Jeangu: ‘Juist! Ik wilde net zeggen: je zult er niet dood van gaan. Maar in ons verhaal dus wel.’ Lacht.
Magtel: ‘Ik wil later in ieder geval niet denken: o, had ik het toch maar gedaan. Je door angst laten tegenhouden, dat lijkt me zo zonde.’
Heb vertrouwen, dus?
Magtel: ‘Precies.’
Jesus Christ Superstar gaat op 21 januari 2024 in première in het DeLaMar Theater in Amsterdam.